Castellum Hoge Woerd en Kasteel de Haar
3086
post-template-default,single,single-post,postid-3086,single-format-standard,bridge-core-3.1.3,qode-page-transition-enabled,ajax_fade,page_not_loaded,,qode-title-hidden,qode-theme-ver-30.2,qode-theme-bridge,disabled_footer_top,qode_header_in_grid,wpb-js-composer js-comp-ver-7.3,vc_responsive,elementor-default,elementor-kit-15645

Castellum Hoge Woerd en Kasteel de Haar

Ik loop flink achter met dit blog op het gebied van uitjes en andere vrolijke dingen. Dat is een beetje een nadeel van besluiten dat je er in november en december niks aan gaat doen, maar dan toch denkt: hè, dat ding dat ik deed was leuk… laat ik daar toch nog maar wat over schrijven. Geen idee hoe ik dat vroeger deed, hoor. Toen poepte ik vrijwel elke dag een stukje uit. Had ik toen meer tijd? Ik vraag me dat af, eigenlijk. Ik ben namelijk altijd al de koningin van de 7000 verschillende projecten geweest, dat was toentertijd echt niet anders. Maar misschien begint de aandacht op dit moment te verschuiven naar andere zaken, geen idee. De tijd zal het leren. Misschien is het ook wel goed zo, af en toe een stukje over mijn projecten en tripjes is goed genoeg. Zo had ik een tijdje geleden een uitje met mijn collega’s. Collega M. ging met pensioen en daarom gingen we met z’n allen een aantal leuke dingen doen. Ik zat me er al een tijdje op te verheugen, want het was zo’n dag die ik zelf ook best uitgekozen had kunnen hebben. De dag begon in De Meern, bij het Castellum Hoge Woerd. Daar gingen we kijken naar een opgegraven Romeinse boot, die eind jaren 90 in De Meern gevonden is. Ik vond de boot heul cool, want het is natuurlijk een hele bijzondere vondst. Hij is voor iedereen gratis toegankelijk, dus het is echt wel een aanrader om even te gaan kijken als je ooit in de buurt bent. De hele inventaris van de boot is ook te zien. Inclusief wat gereedschap dat zoveel op ons hedendaags gereedschap lijkt, dat je je realiseert hoe geavanceerd die Romeinen op sommige gebieden waren. Of hoe achterlijk wij nog steeds zijn. Het is maar hoe je het bekijkt.

Na een lunch in het Castellum (sowieso een leuke plek, je vindt er ook tentoonstellingen, een theater en een kinderboerderij) gingen we op weg naar Kasteel de Haar in Haarzuilens. Ik wilde al eeuwig naar Kasteel de Haar en had ook al eens lafhartig opgezocht hoe je er met het OV kunt komen, want erheen fietsen op mijn roestige en altijd buiten bij het café verblijvende stadsfietsje leek me sowieso niet zo’n heel goed idee. Ik had wel eens geopperd bij vrienden om erheen te rijden, maar dat feest ging toentertijd niet door (iets met corona, geloof ik). Wel jammer, want ik had inmiddels al door wat vooronderzoek vastgesteld dat Kasteel de Haar een ultiem hysterisch kasteel is (echt wat voor mij, iedereen die mij kent, weet dat ik niet zoveel aanleg heb voor minimalisme), dus het was eigenlijk een beetje idioot dat ik er nog nooit geweest was in die zeven jaar dat ik nu in Utrecht woon. Maar soms heb je geluk in het leven en komt zoiets dan toch nog op je pad. Als klap op de vuurpijl werd de rondleiding ook nog eens verzorgd door een collega die heel veel wist van het kasteel en de familie van wie het vroeger eigendom was. Dat zijn zo van die leuke dingen die je dan meemaakt als je werkt waar ik op het moment werk.

Étienne baron van Zuylen van Nyevelt van de Haar (mooie naam, dat past vast niet op het belastingformulier) erfde het kasteel van zijn vader, maar toen was het nog een ruïne. Nu was hij toevallig getrouwd met Hélène de Rotschild, een telg uit de beroemde bankiersfamilie, en daarom beschikte hij (of beter gezegd: zij) over de contanten om het kasteel weer op te bouwen. Daarvoor werd Pierreke C. uit Roermond ingevlogen en daarom hebben we nu zo’n wonderlijk neogotisch en on-Nederlands kasteel in de buurt van Utrecht. Er ligt ook een enorm park omheen, waar ik nu niet geweest ben, maar dat ik zeker nog wel eens wil bekijken. Hier een impressie van de kant van de hoofdingang. Het licht was heel mooi die dag, dus dat was ook nog eens een extra mazzeltje voor de foto’s, zullen we maar zeggen. Het kasteel is trouwens tegenwoordig geen bezit meer van de familie Van Zuylen van Nyevelt van de Haar, het is in het beheer van een stichting. Als de familie er verblijft, dan is het in het kleine Châtelet ernaast, dat niet toegankelijk is voor het publiek (je kunt dit zien op de laatste foto bij dit blogje).

Als je het kasteel betreedt, kom je meteen in de centrale hal, die nogal ehm… overweldigend is. En heel neogotisch wel. Ik houd ervan. Overal was wat te zien: fraai houtsnijwerk, mooie beschilderingen, hysterische tegels, smeedwerk, beelden, glas-in-lood-ramen… ik kwam ogen tekort. Zoals ik al zei: heel on-Nederlands, maar dus wel echt wat voor hysterische ziel Elise, de cultuurkatholiek, carnavalsadept en vrouw van de 7000 projecten. Nu was de familie die het kasteel bezat ook nogal on-Nederlands, want ze hielden er decennia lang elk najaar luxueuze feesten en bijeenkomsten waar de beau monde van overal ter wereld samenkwam. Daar heb ik dan weer minder mee, maar ik geloof meteen dat er een boel goede verhalen over deze plek te vertellen zijn. Die de vrijwilligers die er rondliepen vast ook hadden, maar helaas hadden we niet veel tijd voor de bezichtiging, dus daarvoor kom ik graag nog eens terug. Nadat we de hal bewonderd hadden, bezochten we de slaapvertrekken van de familie en hun gasten. Het was een bonte stoet aan overdadig ingerichte kamers.

Zoals ik al zei hadden we helaas niet al te veel tijd in het kasteel. Na de de bezichtiging van de Romeinse boot en een bezoek aan De Haar, stond er ook nog een workshop sumi-e op het programma in het Castellum Hoge Woerd. Ik zal jullie verder de vruchten van mijn pogingen tot schilderen besparen. Ik ben gewoon niet zo goed met kwasten, dat wordt altijd zo’n geknoei. Ik werk daar wel aan, trouwens. Maar vooralsnog niet met veel succes, dat is zo’n project waar ik even op moet oefenen en jullie weten het inmiddels wel: ik stond niet vooraan toen geduld uitgedeeld werd. Daarom hier nog een mooie foto van het kasteel met een reflectie in de bovenkant van een paaltje, vond ik leuk! Ik weet zeker dat ik er snel eens terug ga. Maar dan met mensen met een auto, zoals mijn ouders bijvoorbeeld (die moeten dit ook zien, namelijk). Want de kans dat ik er op mijn roestige fietsje heen ga ploeteren is nog steeds nagenoeg nihil en dat diepgravende onderzoek naar het openbaar vervoer richting Haarzuilens is ook nog steeds nergens op uitgedraaid.